Jongeren ondernemen tijdens de zomervakantie

ZomerOndernemer is een landelijk project van The New Entrepreneur waarin jongeren tussen 15 en 22 jaar tijdens hun zomervakantie kennismaken met ondernemerschap. De jongeren krijgen tijdens het project handvatten aangereikt om een eigen bedrijf op te zetten. Ze worden daarbij  door professionele begeleiders ondersteund met training, advies en tips. Uit evaluatie blijkt dat 90 procent van de jongeren na afloop van het project weet wat nodig is om een eigen bedrijf te starten en dat 89 procent nuttige contacten heeft opgedaan. Sinds het begin van de ZomerOndernemer in 2013 is het project uitgebreid van vier naar veertien regio’s verspreid over Nederland. In totaal worden voor de editie 2018 310 deelnemers verwacht, van vmbo-leerlingen tot wo-studenten.

Ondernemen in de zomervakantie

ZomerOndernemer helpt jongeren in zes weken bij het starten van een onderneming. Per regio wordt het project gecoördineerd en uitgevoerd door twee lokale ondernemers. Deelnemers volgen een driedaagse training en zijn hierna wekelijks te gast bij die lokale ondernemers voor workshops, presentaties en rondleidingen. In de tussentijd werken de deelnemende jongeren aan de opbouw van hun eigen bedrijf. Het project sluit af met een feestelijke kick-out waarbij de jonge ondernemers hun onderneming presenteren voor een groot publiek. Regionale winnaars strijden in een landelijke finale voor de titel ‘ZomerOndernemer van het jaar’. Doelen van het project zijn jongeren kennis te laten maken met ondernemerschap en hun ondernemende mindset te laten groeien.

Waarom steunt Fonds 21 dit project?

ZomerOndernemer stimuleert het ondernemerschap van jongeren door ze echt te laten ondernemen. Er is aandacht voor het bouwen van een netwerk, het financiële aspect van ondernemen en het uitwerken van een marketingplan. Het project past daarmee goed binnen het thema Ondernemen van de pijler Jongeren & Maatschappij. Met een bijdrage van Fonds 21 wordt het project, dat bewezen succesvol is, opgeschaald naar nieuwe regio’s.